De man die nooit afscheid nam

Door Jan Braakman

Bill O’Donnell moet een bijzonder innemende man geweest zijn. Zijn vriend Wolf Solkin (96) draagt Bill’s portret altijd bij zich. Als er een herdenking is plaatst hij de foto van zijn vriend op de stoel naast hem.

Solkin woont in Ste. Anne Hospital in Montreal, een ziekenhuis dat is gericht op de behandeling van veteranen. Solkin verplaatst zich in een elektrische rolstoel. Behendig manoeuvreert hij zich door de gangen. Hij houdt even stil bij een plaquette, waarop de gestorven veteranen worden herdacht. Op zijn kamerdeur hangt een paginagroot artikel uit de Toronto Star, de grootste krant van Canada. Solkin mag dan op leeftijd zijn, de veteraan is niet uitgevochten. Hij strijdt voor de rechten van zijn collega-veteranen, wier behandeling er niet op vooruit is gegaan sinds de financiering van het rijk is overgegaan op de provincies.

Bill O’Donnell Bron: ICB Holten

Solkins kleine kamer vult zich met de klanken van Scarlatti, lichtvoetige klavecimbel-muziek uit de achttiende eeuw. Het houdt de 96-jarige Solkin jong.

Op een tafeltje bij het raam staat het portret van Bill O’Donnel. Als Solkin in bed ligt en hij kijkt opzij, glimlacht Bill hem toe.

Aan het hoofdeinde van het bed hangen tegen de muur de foto’s van Wolfs vrouw, kinderen en kleinkinderen. Hij vertelt trots over zijn familie, die eens in de vijf jaar een reunie houdt. De laatste was in 2018, toen Wolf zijn 95e verjaardag vierde.

William Edward (Bill) O’Donnell was geboren op 11 juli 1911. Zijn vriend Wolf William Solkin ruim tien jaar later. Ondanks hun leeftijdsverschil raakten ze diep bevriend.

Bill O’Donnell Bron: ICB Holten

De vriendschap tussen Bill en Wolf gaat terug tot 1943, toen de twee elkaar in Engeland leerden kennen. Bill was een jaar of tien ouder dan Wolf. “Hij was enig kind en ik was enig kind. Hij was de oudere broer, die ik nooit had gehad. We praatten overal over, we gingen samen uit, we dansten, het was bijna intiem”, vertelde Solkin in 2019, toen hij meewerkte aan een documentaire van het Informatiecentrum Canadese Begraafplaats in samenwerking met RTV Oost. Bill en zijn vrouw hadden een lastige relatie gehad, tot hun scheiding. De getroubleerde verhouding tussen Bill en zijn ex-vrouw was een van de vele gespreksonderwerpen geweest tussen Bill en Wolf.

Eigenlijk hadden beiden liever een officiersfunctie gehad bij de Black Watch, een regiment uit de omgeving van Montreal. Maar toen zich de mogelijkheid voordeed om allebei een officiersfunctie te krijgen bij het Algonquin Regiment, besloten ze die kans te grijpen. Zo konden ze bij elkaar in de buurt blijven.

In maart 1945 werden ze verscheept naar het front. Ze realiseerden zich dat ze gewond konden raken, of zelfs konden sneuvelen. Ze waren elkaars getuige bij de testamenten die ze opmaakten op 26 maart 1945. Bill zette in het testament dat hij zijn bezittingen naliet aan zijn zus Helene O’Donnell. Niet zijn vrouw, niet zijn dochter, maar zijn zus werd eerste en enige erfgename.

Bill O’Donnell Bron: ICB Holten

“En we beloofden dat we elkaars familie op de hoogte zouden stellen, als een van ons zou sneuvelen”, zegt Solkin.

Solkin lijkt een fragiele man in zijn elektrisch aangedreven rolstoel. Hij draagt met trots zijn legergroene baret en zijn overhemd is getooid met de medailles die hij heeft gekregen voor zijn dienst in de Tweede Wereldoorlog. Zijn voortdurende glimlach kleurt zijn perkamentwitte huid en de vlassige baard. Zijn stem is zacht, maar vastberaden. Hij neemt de tijd voor zijn verhaal, noodgedwongen, omdat hij zuinig moet zijn met zijn energie.

Hij wil graag vertellen over zijn maat, met wie hij optrok tot Bill ergens in de buurt van Friesoythe (Duitsland) sneuvelde op 18 april 1945.

Wolf was er niet bij toen dat gebeurde. Hij gaf leiding aan een andere peloton binnen hetzelfde regiment. Toen de officieren de volgende dag de balans opmaakten, hoorde hij hoe zijn vriend was omgekomen. “Er was een groep Duitsers die zich wilden overgeven. Maar ze wilden zich niet overgeven aan een gewone soldaat. Ze vroegen om een officier. Toen stond Bill op.” Dat werd Bill fataal. Een Duitse sluipschutter schoot Bill neer. Wolf ging niet naar de begrafenis van zijn vriend, die een tijdelijk graf kreeg in Duitsland. “We hadden geen tijd voor een begrafenis. We moesten véchten. We mochten blij zijn als we de doden aan de kant van de weg konden leggen weg van het verkeer. Er lagen dode lichamen overal, Duitsers, Canadezen, Britten, ik herinner me ook Polen – die vochten met ons mee”, zei Wolf.

De diepe en warme vriendschap tussen Bill en Wolf kwam abrupt ten einde. Voor Wolf zou het leven nooit meer zijn als het was geweest sinds hij Bill had leren kennen bij de Infantry Battle Course in Engeland.

Wolf Solkin in 2019. Foto: Jan Braakman

De dood van zijn vriend betekende dat hij zijn belofte aan Bill moest nakomen. Bill had Wolf een boodschap meegegeven voor zijn dochtertje Marcia.

Wolf nam contact op met Bill’s ex-vrouw. Maar toen hij belde en uitgelegd had waarom hij belde, zei de ex-vrouw van Bill dat zij niets wilde horen over Bill en dat Wolf haar niet moest lastig vallen, en haar dochter ook niet. Zij gooide de hoorn op de haak. Solkin was verbijsterd, maar hij accepteerde het.

Ondertussen voltrok zich rond de nalatenschap van Bill O’Donnell een bijzondere kwestie. Bills zuster Helene weigerde als enige erfgename de erfenis te accepteren. Dat had mogelijk te maken met de huwelijkse voorwaarden waaronder Bill en zijn vrouw Mary Edna McCallum waren getrouwd. In die voorwaarden stond dat de erfgenamen van Bill een bedrag van 5000 dollar verschuldigd waren aan zijn echtgenote.

Toen Bill’s zuster Helene jaren later kwam te overlijden, bleek dat ze 10.000 dollar in haar testament had nagelaten aan haar nichtje Marcia, de enige dochter van Bill.

Ondertussen wachtte Wolf Solkin tot hij dacht dat dochter Marcia oud genoeg was om op eigen benen te staan. Toen probeerde hij opnieuw contact te krijgen met Marcia. Hij zocht elke O’Donnell in het telefoonboek van Montreal en belde ze een voor een op. Maar niemand was verwant aan Bill of zijn dochter.

Wolf wist niet hoe hij verder moest zoeken. Hij liet het er een tijdje bij zitten, tot hij op het idee kwam om via het ministerie van defensie contact te zoeken met de dochter. Het ministerie vond haar, nam contact met haar op en vertelde haar over de zoektocht van Solkin. Dochter Marcia belde Wolf Solkin. En na een telefoontje volgde een bezoek. “Ik vertelde haar over haar vader. Ik zei haar dat ik van Bill moest zeggen dat hij van haar hield. Zij wist niets over haar vader. Haar moeder had haar niets verteld. We hebben lang gepraat, we hebben gelachen en gehuild.”

Sindsdien zijn Wolf en Marcia bevriend gebleven. Wolf vertelt dat Bill trots zou zijn geweest op zijn dochter. In brieven aan hem – die hij stiekem laat bezorgen bij het graf van Bill – schrijft hij dat ze een sterke zelfstandige vrouw is geworden, moeder van zes kinderen. “Hij leeft door in zijn dochter en een volgende generatie van zes gezinnen.”

Zelf heeft hij het graf in Holten nooit bezocht. Hij is even stil als hem de vraag wordt gesteld waarom niet. Hij slikt zijn emoties weg en zegt: “Ik weet het niet. Ik denk dat ik het niet aankon geconfronteerd te worden met al mijn vrienden, die daar lagen. Waarschijnlijk was ik er niet klaar voor. En nu kan ik het niet meer.”

Graf van O’Donnell in Holten. Foto Jan Braakman

Maar, weet hij, voor Bills graf wordt goed gezorgd. “Ik mag hopen dat ik zo’n mooi graf krijg als ik straks in Canada word begraven. Maar ik ben bang dat de Canadezen niet zoveel aandacht geven aan hun gevallenen, als de Nederlanders doen.”

In de nabije toekomst, zo schreef hij zijn vriend, “zal ik weer in jouw fijne gezelschap zijn, mijn goede vriend en kameraad.” Dan zal hij herenigd zijn met de vriend van wie hij nooit afscheid nam.

P.S.

Wolf Solkin overleed in de nacht van 3 op 4 februari 2021 in zijn slaap in het Ste Anne Hospital in Montreal, waar hij al enkele jaren werd verzorgd. Hij zou een week later 98 geworden zijn.

©2022 Jan Braakman

Podcast met Wolf Solkin over Bill O’Donnell