In de boomgaard, aan de westkant van de weg ten zuiden van Laren. Dat was de plek waar Howard Muirhead zijn voorlaatste rustplaats kreeg. De nog maar 20 jaar jonge soldaat van het Royal Highland Regiment of Canada (Black Watch) had het leven gelaten tijdens de bevrijding van het Achterhoekse dorpje. Dertien jongens van zijn regiment kwamen daarbij om. Het was er onverwachts hard aan toe gegaan.
Howard was op 20 november 1943 in dienst gegaan. Hij woonde in Little Harbour en was al jong aan het werk te gaan; thuis op de boerderij (vier jaar) en als houthakker bij een bosbouwbedrijf (twee jaar). Hij wist hoe hij een boom moest vellen en hij had met enige regelmaat een vrachtwagen bestuurd. Hij hield ervan aan auto’s te sleutelen.
In zijn vrije tijd ging hij jagen en schaatsen.
Thuis had hij twee jongere broers, twee jongere zussen en een oudere zus. Zijn vader en moeder, John en Mary Muirhead bestierden een boerderij in Little Harbour. Hij was de enige uit het gezin die dienst deed in het Canadese leger.
Bij zijn indiensttreding werd hij beschreven als nogal stil, maar wel serieus en betrouwbaar. Hij had een sterke belangstelling voor motortechniek. “Kan zich goed aanpassen en zal een goede soldaat worden”, aldus de observatie van luitenant V.A. Fisher, die hem beoordeelde.
In juli 1944 werd hij verscheept naar Engeland en nog geen drie weken later (17 augustus 1944) kwam hij met het regiment Black Watch terecht in Frankrijk – een dag na zijn 20e verjaardag. Hij raakte gewond aan beide handen, maar niet zo ernstig dat hij niet weer terug kon naar het slagveld. Op 2 september kwam hij weer terug bij zijn eenheid.
De winter verliep betrekkelijk langdradig voor Howard, op een verveldende longontsteking na, waar hij ook weer van herstelde.
In het voorjaar van 1945 moest hij weer aan de slag. Begin april stak hij via een bruggenhoofd bij Almen het Twentekanaal over, richting het noorden. Hij kwam niet verder dan Laren, waar hij tijdelijk werd begraven onder de peren- en appelbomen langs de Zutphenseweg, net buiten het dorp.
Later werd hij herbegraven op de Canadese begraafplaats in Holten, waar hij ligt in plot II, rij E, grafnummer 1.
©2016 Jan Braakman