D-day was al voorbij toen John Christopher Murray zich aanmeldde om dienst te nemen in het Canadese leger. Murray was nog erg jong. Hij was geboren op 26 oktober 1927. Als zestienjarige kon hij eigenlijk nog niet toetreden tot de rangen van het leger.
Maar hij wilde erg graag. En dus besloot hij zich ouder voor te doen. Hij pluste twee jaar bij zijn leeftijd, toen hij het enrolment and attestation paper invulde en ondertekende. Volgens dat officiële formulier was hij geboren op 26 oktober 1925, twee jaar eerder dan zijn werkelijke geboortedatum.
Het was niet de eerste keer dat Murray wat sjoemelde met zijn leeftijd. Hij had zich in 1943 al aangemeld als vrijwilliger voor de Canadese marine. Daar gaf hij 1924 op als zijn geboortejaar. In maart 1943 werd hij ongeschikt bevonden voor de marine. Reden: “under age”.
In 1944 deed hij een nieuwe poging, nu bij de Canadese landmacht. De roodharige Murray was met zijn 1,75 meter lengte en een gewicht van amper 64 kilo bepaald niet groot van stuk. Maar toen hij zich meldde bij de landmacht, en hij had zijn leeftijd niet met drie, maar met twee jaar opgehoogd, viel dat niet zodanig op dat hij geen dienst mocht nemen.
John Christopher Murray had een Britse vader. Zijn Canadese moeder was al jong overleden. John woonde samen met zijn vader William Murray, zijn broertje William en zijn zusjes Shirley, Mary, Kathleen en Maureen.
Hij werd beoordeeld als een nette leergierige jongen, die ambitieus was. Uiteindelijk werd John op 20 juni 1944 officieel tot het leger toegelaten. Hij deed zijn trainingen zonder problemen. Hij mocht begin december 1944 nog een weekje met verlof, voordat hij vlak voor kerst dat jaar werd verscheept naar Engeland. Op nieuwjaarsdag kwam hij daar aan.
Hij werd toegevoegd aan het regiment Stormont, Dundas & Glengarry Highlanders of Canada. Op 13 februari 1945 kwam hij vanuit Engeland naar het strijdtoneel in Noordwest-Europa.
Op 1 mei 1945 kwam Murray in gevechten terecht in Noord-Duitsland. Aan het begin van de middag werd hij geraakt door een granaatscherf. Hij had ernstige verwondingen aan de buik en rug. Het medisch rapport meldt dat hij rond half drie in de middag morfine kreeg toegediend.
Toen hij het tijdelijk hospitaal binnenkwam was zijn toestand al slecht. Hij was half bewusteloos, hij was heel bleek en had een oppervlakkige ademhaling. Zijn hartslag was regelmatig.
In de loop van de avond verslechterde zijn toestand. Om even over achten schreef de dienstdoende arts dat de ademhaling allengs verminderde. Om tien over half negen werd John Murray officieel dood verklaard.
Murray werd op 2 mei 1945 tijdelijk begraven in Meppen (Duitsland), chaplain Pierre Cagnon leidde de ceremonie. Later werd Murray herbegraven in Holten op de Canadese begraafplaats. Hij ligt in plot 10, rij D, grafnummer 10. Op de dag dat hij sneuvelde was hij zeventien jaar, zes maanden en vijf dagen oud. Daarmee is hij de jongste soldaat die begraven ligt in Holten.
Bestel hier uw exemplaar van Verhalen van het Slagveld.
©2016 Jan Braakman